Grondwet van de Republiek Suriname
HOOFDSTUK XIV
DE NATIONALE VEILIGHEIDSRAAD
EERSTE AFDELING
ALGEMEEN
Artikel 128
Er is een Nationale Veiligheidsraad, die zijn werkzaamheden kan aanvangen pas
nadat de daartoe bevoegde organen besloten hebben tot het afkondigen van de
staat van oorlog, oorlogsgevaar of staat van beleg in geval van militaire
agressie en het afkondigen van de burgerlijke en militaire
uitzonderingstoestand.
TWEEDE AFDELING
DE SAMENSTELLING VAN DE VEILIGHEIDSRAAD
Artikel 129
De Veiligheidsraad bestaat uit:
a. De President, als voorzitter;
b. de Vice-president, als vice-voorzitter;
c. de Minister belast met justitiële aangelegenheden;
d. de Minister belast met defensieaangelegenheden;
e. een ander lid van de Raad van Ministers;
f. de Bevelhebber van het Nationaal Leger;
g. de Korpschef van het Korps Politie Suriname.
Artikel 130
1.De Veiligheidsraad beschermt de souvereiniteit en de binnenlandse
veiligheid van de Republiek Suriname en is toegerust met speciale bevoegdheden
met betrekking tot de uit- en inwendige veiligheid van de Republiek Suriname in
gevallen als in artikel 128 bedoeld.
2. Nadere regels met betrekking tot het uitoefenen van de bevoegdheden door
de Veiligheidsraad en het uitroepen van de noodtoestand, als in artikel 102 lid
3 bedoeld, worden bij wet vastgesteld.
|