suriname Naar Voorpagina

  


   
ONDERDELEN
FORTEN
 suriname  Forten 1
 suriname  Forten 2
 suriname  Forten 3

ONDERWERPEN
Geschiedenis
 suriname  Immigratie Algemeen
 suriname  Javaanse immigratie
 suriname  Donko's tot Guides
 suriname  Brieven v. Wetten
 suriname  Suriname bevolkt
 suriname  Slavernij
 suriname  De 20 ste eeuw
 suriname  Indianen (oorspr.)
 suriname  Paramaribo
 suriname  Albina
 suriname  Mariënburg
 suriname  Oude kaarten
 suriname  Archieven-wijzer
 suriname  Post en postzegels
 suriname  Batavia
 suriname  Goslar
 suriname  Goud-zaken
 suriname  Geld-zaken
 suriname  Het Park
 suriname  Korps Politie
 suriname  Treinen
 suriname  Forten
 suriname  Westgrens
 suriname  Samenvattingen
     ( Engels )


AFDELINGEN
  suriname Algemeen
 suriname De Douane
  suriname Telefoonboek
  suriname Bevolking
  suriname Distrikten
  suriname Reis info
  suriname Cultureel erfgoed
  suriname Geschiedenis
  suriname Foto's
  suriname Natuur
  suriname Personen
  suriname Koken / recepten
  suriname Vragen over NIBA
  suriname Wat is ANDA

     
 SURINAME  surinameAFDELINGEN - suriname Geschiedenis - - FORTEN

 suriname . NU terug
 



  Forten en verdedigingswerken.


Tot zijn zelfstandigheid in 1975 heeft Suriname bijna vier eeuwen lang diverse, deels plaatselijke, regionale en later landelijke Europese `overheden' gekend. De eerste Europeanen die Suriname verkenden waren de Spanjaarden die sedert 1530 op zoek waren naar goud dat er zich zou bevinden. Toen later bleek dat de betreffende geruchten onjuist waren verlieten de Spanjaarden het land.

De bekende Engelse ontdekkingsreiziger en avonturier Walter Raleigh zette in 1595 het onderzoek met eigen middelen voort, hoewel Guyana, dus ook Suriname, reeds in 1593 formeel Spaans gebied was geworden. Overigens heeft ook Raleigh het legendarische goud niet kunnen vinden!

De Hollanders bleken nuchterder van aard. In 1613 vestigde zich een Zeeuwse kolonie van 50 gezinnen aan de Corantijn waar zij zich toelegden op de tabaksteelt. Een jaar later werd de nederzetting door Spanjaarden verwoest. Maar er werden nieuwe pogingen ondernomen, gesanctioneerd door de in 1621 opgerichte Geoctrooieerde West Indische Compagnie, GWC, waartoe de Kamer van Zeeland behoorde, dus ook door de Staten-Generaal. Er wordt althans aangenomen dat er in de jaren 1635-1637 nòg een Zeeuwse kolonie in Suriname is geweest.

Naar men aanneemt was het de Fransman Noailly die in 1644 een houten verdedigingswerk deed oprichten op de plaats waar nu het Fort Zeelandia bij Paramaribo ligt. De Fransen werden geteisterd door ziekten (naar alle waarschijnlijkheid malaria) en door aanvallen van Indianen. Zij werden tenslotte gedwongen de plaats te verlaten en het fortje werd aan de Indianen en het oerwoud prijs gegeven.

De latere gouverneur van het door Engelsen bezette eiland Barbados, Lord Francis Willoughby, liet in 1650 de kust van Guyana verkennen op zoek naar cultuurgrond en in 1651 een kolonie stichten in de omgeving van het overwoekerde Franse fortje, dat in steen werd herbouwd en naar hem Fort Willoughby werd genoemd.

25 februari 1667, dus tijdens de tweede Engelse oorlog (1665-1667), verscheen een Zeeuws eskader onder Abraham Crijnssen voor de monding van de Suriname rivier, zeilde deze rivier op en wist het fort op de Engelsen te veroveren. Hiermede viel ook de 4000 man tellende kolonie met 175 plantages in handen van de Zeeuwen.

Crijnssen herdoopte het fort in Zeelandia, legde er een bezetting van 125 man onder Maurits de Rama, en bewapende het met 15 stukken geschut. Vele Engelse planters verlieten hun plantages en vestigden zich weer op Barbados, van waaruit zij probeerden de economie in Suriname te treffen door de achtergebleven Engelsen te bedreigen met beschuldiging van landverraad en de Indianen aan te zetten tot opstand. Deze laatste brak in 1674 inderdaad uit. De plantages werden verlaten en de blanken zochten bescherming in en rond Fort Zeelandia; het restant Engelsen verliet Suriname. Dat was in hetzelfde jaar dat de GWC werd opgeheven en de Kamer van Zeeland alléén niet bij machte bleek iets te doen ter verbetering van de deplorabele staat in Suriname. Daarom verkocht Zeeland haar bezit in 1682 aan de enige jaren eerder opgerichte West Indische Compagnie, WIC, die op haar beurt in 1683 één derde overdeed aan de stad Amsterdam en één derde aan de familie Van Aerssen van Sommelsdijck.

Deze drie lichamen vormden de Geoctroyeerde Sociëteit van Suriname, onder oppergezag van de Staten Generaal. In 1770 trad de familie Van Aerssen van Sommelsdijck uit deze Sociëteit. Na de opheffing van de WIC in 1791 werd het beheer over Suriname overgenomen door de Raad van Coloniën in Amerika en over de Bezittingen in Afrika. De Geoctroyeerde Sociëteit bleef als zodanig nog enige jaren bestaan maar werd tenslotte in 1795 geliquideerd. Voor haar in de plaats werd opgericht het `Comité tot de zaken van de Coloniën en bezittingen op de kust van Guinea en in Amerika'.





suriname . NU  naar boven



Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo -
Last update: